LogoLog inSubscribe

Kettingaandrijving

Een tandwieltrein wordt gemaakt door minstens twee tandwielen onderling te verbinden. 
Slechts één tandwiel is het drijfwiel (of "leider"). De andere worden slechts aangedreven (of "geleid"). Een aangedreven wiel kleiner dan het drijfwiel draait sneller en omgekeerd draait een groter aangedreven wiel dan het drijfwiel langzamer.
Op dit principe berusten mechanismen van snelheidsverandering. De snelheidsverandering wordt ook wel "overbrenging" genoemd. Het systeem van tandwielen + transmissie langs de fietsketting is een schoolvoorbeeld van de overbrenging van een rotatiebeweging tussen twee wielen. De rotatiesnelheid van de achterste kettingwielen hangt af van de overbrenging tussen het kettingblad (wiel voor het drijfwiel) en het kettingwiel (aangedreven achterwiel).
De bepaling van de overbrenging van een tandwieltrein gebeurt door vergelijken van de aantallen tanden en dus van de stralen.

Teken een cirkel op het scherm om een tandwiel te ontwerpen. De grootte van het tandwiel mag slechts bepaalde waarden aannemen om simpele verhoudingen te laten zien: 10, 15, 20, 30, 40, 50, 60 tanden.

Het drijfwiel is grijs. Alle drijfwielen draaien met dezelfde snelheid.

Omcirkel twee wielen om een kettingaandrijving te creëren.
Klik op een wiel om het te selecteren of te deselecteren.
Streep een element door om het te verwijderen.

Met dank aan: Frank Leenaars

Sign up for our newsletter